Tuchtrecht: schade aan de ‘heilige koe’

Hier lees je de blogs van Bas Martens en Suzanne Hendrickx over uitspraken van de Tuchtcommissie NIVRE. Bas en Suzanne zijn onder meer adviseur compliance voor advocatenkantoren en docent tuchtrecht.
Samenvatting uitspraak Tuchtcommissie NIVRE 391260-545601-MV d.d. 3 maart 2025.
Schade aan de ‘heilige koe’
Motorschade aan de auto, de nachtmerrie van menig mens. Als die schade dan bovendien mogelijk veroorzaakt is door iemand die nu juist verstand zou moeten hebben van auto’s en hun motoren, dan is het tijd om de rechtsbijstandsverzekeraar in te schakelen. Aldus gebeurde, en in opdracht van de rechtsbijstandsverzekeraar werd een schade-expert gevraagd om de oorzaak van de aan de auto ontstane schade te onderzoeken.
De klacht
Met de uitkomst van dit onderzoek is klager bepaald niet gelukkig. En dat resulteert in een uitgebreide klacht tegen de expert, bestaande uit zeven onderdelen. Klager vindt onder meer dat de expert fouten heeft gemaakt maar niet bereid is om deze aan te passen, misleidende informatie heeft gebruikt, niet onafhankelijk is, zich bevooroordeeld en niet integer opstelt en niet collegiaal heeft gehandeld jegens de contra-expert. Meer in algemene zin: klager vindt dat de expert zich niet aan de NIVRE Gedragscode heeft gehouden.
Verweer
De expert is het niet met dit standpunt eens en verweert zich tegen de klachtonderdelen. Hij stelt dat zijn onderzoek en rapportage eerlijk en in lijn met de gedragscode zijn uitgevoerd en opgesteld. De expert benadrukt dat hij geen eenduidige conclusie kon trekken over wie verantwoordelijk was voor de schade. De motor was naar zijn mening kapot gegaan door gebrek aan kwaliteitssmering en de schadeoorzaak kon niet zonder meer worden vastgesteld. Volgens de expert was klager met name boos omdat uit het onderzoek geen echte munitie kwam die hij kon gebruiken in een eventuele rechtszaak, maar op communicatief gebied was de expert niet tekort geschoten en had hij professioneel en integer gehandeld.
De beoordeling door de Tuchtcommissie
De commissie beoordeelt de klacht aan de hand van de gedragscode van het NIVRE en komt tot de conclusie dat de expert eigenlijk helemaal niet zoveel te verwijten valt. Dat er een foutieve datum in een van de eerste rapportages stond is door de expert in een volgende versie van de rapportage hersteld en betreft een simpele verschrijving, dat er onwaarheden zijn gesproken over het achterhouden van smeerolie is niet komen vast te staan, dat er sprake is van het achterhouden van informatie of een gebrek aan objectiviteit door de expert heeft de Commissie niet kunnen vaststellen en van een bevooroordeelde houding van de expert is de Commissie niet gebleken.
Waarom werd er dan toch een klein onderdeel van de klacht gegrond verklaard? De expert had de term ‘verwijtbaar’ gebruikt, welke term door klager als ‘juridisch verwijtbaar’ werd opgevat. Daarmee zou de expert zich buiten zijn deskundigheid hebben begeven en dat is dan weer in strijd met gedragsregel 5 lid 1 sub a. De expert legde nog uit dat daarmee gedoeld werd op: “een partij die iets heeft gedaan of nagelaten wat hem op grond van het onderzoek, technisch gezien aangerekend kan worden”, maar dat mocht niet meer baten. Dit klachtonderdeel werd gegrond verklaard. Vanwege de geringe ernst van de overtreding werd geen sanctie opgelegd, maar wel een gedeeltelijke proceskostenveroordeling van € 1.250 voor de behandelingskosten én € 50 aan klager voor het klachtengeld.
Alhoewel de uitspraak weinig feitelijke informatie geeft over de omstandigheden in de kwestie, is de uitspraak van de Commissie wel duidelijk: gebruik geen bewoordingen in een rapportage die bij een snelle lezing verkeerd kunnen worden opgevat, want dan ligt een veroordeling wegens schending van gedragsregel 5 lid 1 sub a van de NIVRE Gedragsregels in het verschiet. Maar ook: kom niet aan de Heilige Koe!