Afscheid na vier jaar NIVRE-bestuur: Joost Groot

Joost Groot trad in 2021 toe tot het bestuur van het NIVRE. De afgelopen vier jaar waren een periode vol verandering, spanning en groei. Niet alleen voor het NIVRE. Ook voor hemzelf persoonlijk. “Ik geloof dat je als professional verantwoordelijkheid moet nemen voor je vak. Besturen doe je niet om op de voorgrond te treden, maar om iets te betekenen. Voor collega’s, voor de branche en uiteindelijk voor de mensen voor wie we dit werk doen.”

Historicus tussen de letselschade-experts

In het dagelijks leven is Joost letselschade-expert en directeur van Letselschade.com. Wie Joost ontmoet, ontdekt vrij snel hoe hij werkt: met aandacht, overtuiging en inhoud. Toch werd hij niet opgeleid als jurist of bedrijfskundige, maar als historicus en journalist en ging hij na zijn opleiding direct aan de slag als journalist. En toen rolde hij, net als zo veel andere schade-experts, als het ware ‘per ongeluk’ het vak in. Via zijn vader ontdekte hij namelijk de letselschadebranche; een wereld waarin het verhaal van de mens centraal staat. Wat direct opviel, was zijn betrokkenheid. Betrokkenheid is ook het woord dat hij zelf als meest typerend ziet voor zijn werk. Je staat mensen bij in misschien wel de moeilijkste periode van hun leven. Dat vraagt inhoud, maar ook compassie. Het vraagt dat je de juiste dingen doet. Ook als niemand kijkt.

Een kritische stem in het bestuur

Voordat Joost plaatsnam in het bestuur van het NIVRE, was hij bestuurslid bij NIVRE Start. “Ik werd in 2021 gevraagd voor het bestuur van het NIVRE. Ik geloof dat ik daar vooral zat als iemand die kritisch durft mee te denken en dat vond ik ook belangrijk. Een bestuur moet een plek zijn waar ideeën worden getoetst en besluiten met zorg worden genomen. En dan mag je best kritisch zijn.”

In zijn bestuursperiode zag hij het NIVRE veranderen. “Het was een reis van vooral een registratie-instituut naar een relevante beroepsorganisatie. Dat proces is nog steeds gaande, maar er is enorm veel werk verzet. Denk aan het scherp neerzetten van onze governancestructuur, het verder ontwikkelen van de beroepsorganisatie én het gesprek over vakmanschap en gedrag. We zijn als sector volwassener aan het worden.”

Verrassingen. Positief en confronterend

Wat hem het meest raakte de afgelopen jaren? Joost hoeft er niet lang over na te denken. “Ik was verbaasd over de uitkomst van het onderzoek naar grensoverschrijdend gedrag in de branche. Dat het voorkomt wist ik wel, maar dat zeventig procent van de experts ermee te maken heeft? Dat vond ik schokkend. Gelukkig is het onderwerp sinds de module Grensoverschrijdend gedrag verplicht moet worden gevolgd, bespreekbaar geworden. Maar we zijn er nog niet. Veilig en integer werken hoort bij professioneel werken.”

Het meest positieve? “De betrokkenheid in de sector. Er wordt echt veel geklaagd in onze wereld, dat zullen we niet ontkennen. Maar wie erdoorheen prikt, ziet vooral het vakmanschap en de betrokkenheid. Experts willen zich blijven ontwikkelen, opleidingen verbeteren zich, het gesprek over kwaliteit wordt opener. Dat vind ik mooi om te zien.”

Afscheid na twee termijnen

Op 1 oktober heeft Joost zijn bestuursperiode beëindigd. Niet omdat hij klaar is met het NIVRE of de branche, maar omdat het zo hoort. “Bestuurstermijnen bestaan niet voor niets. Na vier jaar is het gezond dat er frisse blikken binnenkomen. Ik blijf de sector met hetzelfde enthousiasme volgen, maar mijn plek mag iemand anders innemen.”

Hij kijkt zonder spijt terug op zijn bestuursjaren. “Het ging me nooit om macht of positie. Het ging om bijdragen aan iets dat groter is dan jezelf. Dat gevoel neem ik mee. Ook nu ik geen bestuursrol meer heb.”

Oproep aan de branche

Tot slot heeft hij een duidelijke boodschap aan collega’s in de schadebranche. “Blijf bouwen aan kwaliteit. Niet omdat iemand het van je vraagt, maar omdat het hoort bij professioneel vakmanschap. Werk samen aan een sterker imago van onze beroepsgroep. En verlies nooit het einddoel uit het oog: een beschermd beroep. Dat is geen luxe. Dat is noodzakelijk om kwaliteit en onafhankelijkheid blijvend te waarborgen.”

Dan verschijnt er een glimlach. “En vergeet niet: uiteindelijk doen we dit werk voor mensen die ons nodig hebben. Dáár ligt onze verantwoordelijkheid.”